Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ziet, [24]het [25]is voor Mijn aangezicht geschreven; [26]Ik zal niet zwijgen, maar Ik zal vergelden, ja, [27]in hun boezem zal Ik vergelden; 24. Te weten het afgodisch wezen der Joden, waarvan straks gesproken is. 25. Te weten opdat het niet vergeten worde; Ik zal het te zijner tijd wel straffen. Zie Ex.17:14; Deut.32:34. Zie de aantekening aldaar en Jer.17:1. 26. Versta dit zwijgen niet zozeer van met woorden te zwijgen, als metterdaad zich stil te houden; gelijk Richt.18:9. Zie de aantekening aldaar; zie ook de aantekening 1 Kon.22:3. 27. Dat is overvloediglijk, met volle maat, gelijk Ps.79:, zie de aantekening Ps.79:12.